De Havensbank: Maaie 2021 - page 3

Vermoedelijk omdat hij een bril droeg. Zoals zijn
kinderen mij vertelden was Arthur iemand die
absoluut niet tegen onrecht kon. En de praktijken van
de Nazi’s in Europa wakkerden een gevoel aan dat
hem inspireerde om terug naar Canada te gaan en
zich daar in 1943 voor het leger aan te melden. En in
Canada werd hij wél toegelaten.
Hoewel ik zijn militaire personeelsdossier inmiddels
heb opgevraagd, maar nog niet heb kunnen inzien, is
vrijwel zeker dat Harris pas laat naar het front
gestuurd is. Na zijn toelating tot het Canadese leger
en het afronden van zijn basisopleiding werd hij
geselecteerd voor de officiersopleiding. Ook deze
doorstond hij met succes en Harris werd tot Luitenant
bevorderd en in Canada verder opgeleid tot Troop
Commander van een gepantserde
verkenningseenheid. In 1944 werd hij naar Groot-
Brittannië gestuurd. Daar lagen de reserve eenheden
van het Canadese leger en Harris bereidde zich daar
verder voor op inzet aan het front. Hij arriveerde
uiteindelijk op 30 maart 1945 aan het front. Op dat
moment waren de Canadezen in midden Nederland
nog in hevige gevechten met de Duitsers verwikkeld.
Harris maakte vervolgens de hele bevrijding van
Noord-Nederland mee en verliet het Regiment in juni
1945 omdat hij zich vrijwillig had aangemeld voor de
strijd tegen de Japanners in de Pacific. Twee
atoombommen op Japan in augustus 1945 zorgden er
echter voor dat Harris daar nooit heeft hoeven
vechten. Hij overleefde dus de oorlog en verliet kort
daarna het leger.
Na de oorlog trouwde Arthur met Anne Jarvie die hij
in België had ontmoet. Arthur had daar namelijk enige
tijd in het ziekenhuis gelegen met een gebroken enkel
die hij opliep net nadat hij vanuit Groot-Brittannië
naar het vaste land was overgeplaatst. Anne diende
als Nursing Sister Lieutenant (officier
verpleegkundige) in de Medische dienst van het
Canadese leger. Ze vestigden zich in New London,
Connecticut in de Verenigde Staten. Ze kregen drie
dochters: Carol, Jean en Patricia. Over de oorlog
praatten Arthur en Anne bijna niet. Anne had in de
medische dienst het oorlogsleed van heel dichtbij
gezien en Arthur had in de korte tijd aan het front
eveneens heel veel meegemaakt. In tegenstelling tot
heel veel andere Canadese veteranen hadden zij ook
nooit meer de behoefte om Nederland opnieuw te
bezoeken. Na de oorlog werkte Harris samen met zijn
broer in hun eigen bedrijf dat naaigoed produceerde.
Anne zorgde voor de kinderen. In 1996 overleed
Harris op 77-jarige leeftijd. Anne overleed zes jaar
later.
Een korte reconstructie van de gebeurtenissen
op 15 april 1945
Bij het eerste daglicht van zondag 15 april verlieten
eenheden van de 3rd Canadian Infantry Division de
omgeving van Heerenveen met als doel om die dag
Leeuwarden te bevrijden. De bevrijding van Friesland
was onderdeel van een groter plan om de verbinding
van de Duitsers in het westen van Nederland met het
Reich definitief af te sluiten. Op de verwachte
opmarsroute van de Canadezen hadden de Duitsers
de meeste bruggen opgeblazen om de Canadezen
zoveel mogelijk te vertragen. Het was de taak van het
7th Reconnaissance Regiment (verkenningsregiment)
Duke of Yorks Royal Canadian Hussars om de weg
naar Leeuwarden te verkennen zodat de overige
eenheden zo snel mogelijk naar het noorden konden
oprukken. Omdat ook een belangrijke brug op de
rechtstreekse weg tussen Heerenveen en Leeuwarden
was opgeblazen moesten de Hussars andere routes
zien te vinden. Daarom besloten zij zich in twee delen
op te splitsen. Rond half elf in de ochtend waren deze
onderdelen een flink eind gevorderd, maar nu stonden
ze beiden op dezelfde plek en leek het plan om
Leeuwarden die dag te bevrijden in gevaar te komen.
Deze plek was de verwoeste brug over de Nije
Wjittering bij Ald Skou tussen Akkrum en Jirnsum.
Ook hier had een Duitse springploeg zijn werk goed
gedaan en was de brug tot puin gereduceerd. De
Duitsers hadden daarna de benen genomen. Het
plaatselijke verzet had de Duitse plannen doorzien en
had voorbereidingen getroffen om een noodbrug te
bouwen. De Canadezen wilden aanvankelijk wachten
op hun eigen bruggenbouwers, maar toen duidelijk
werd dat er tussen Jirnsum en Leeuwarden vrijwel
geen Duitse tegenstand verwacht hoefde te worden
besloten de Canadezen om de bewoners van
Terherne, Akkrum, Ald Skou en Jirnsum hun gang te
laten gaan. Met vereende krachten werd er door hen
een noodbrug gebouwd. Deze zou later die dag
gereed zijn.
Intussen ondernam de Reconnaissance Troop van
deze Canadezen onder leiding van Lieutenant Harris
met vijf Universal Carriers (kleine pantserwagens)
toch een poging om verder te rijden. Over de
Leppedyk ging het richting Jirnsum. Om half twaalf
stond hij daar voor de eveneens kapotte Sylster
Brege. Irnsum was dus nog steeds onbereikbaar voor
de voertuigen, maar enkele soldaten slaagden er toch
in om naar de overkant te klauteren en daar de
dolblije bewoners op lekkernijen en sigaretten te
trakteren. En ook de Assault Troop van Sergeant
George Dunlop had zich niet meer laten ophouden.
Met behulp van een paar bootjes werden er vier
motoren van zijn eenheid overgezet en Dunlop was
uiteindelijk de eerste Canadees in Jirnsum. Terwijl er
nog druk gebouwd werd aan de noodbrug om de rest
van Hussars over te zetten gingen de Hussars van
Harris verder richting Grou. Onder zijn commando
reden zowel de twee Carriers bij de Sylster Brege als
drie Carriers vanuit Akkrum over de Nesserdyk naar
Grou. Hier kwamen zij rond twaalf uur aan.
Ook in Grou werden de Canadezen met gejuich
ontvangen. En zij hadden de grootste moeite om
verder te komen. Na bij Hotel Oostergoo getrakteerd
te zijn op een glas champagne moesten de Canadezen
echt verder. Het doel van Harris was om Leeuwarden
te bereiken via Wergea. In die dagen was er nog geen
weg tussen Grou en Wergea en de enige manier om
Wergea te bereiken was over het water. Met hulp van
Grousters werden de vijf Carriers op pramen geladen
en die werden vervolgens eveneens met assistentie
van een aantal Grousters naar Wergea gevaren.
In Wergea was het bekend dat de bevrijders heel
dichtbij waren. Maar men had alleen geen idee hoe
lang het nog zou duren. De laatste Duitsers waren
een dag eerder nog door het dorp gereden, maar nu
was er geen enkele meer te zien.
2
1,2 4,5,6,7,8,9,10,11,12,13,...28
Powered by FlippingBook